De documenten zoals genoemd bij het referentiekader zijn leidend. Afwijkingen hierop worden in de volgende paragrafen aangegeven.
Referentiekader
CROW, Standaard RAW bepalingen 2010; Nationaal pakket Duurzaam bouwen GWW; Besluit Bodemkwaliteit.
Aandachtspunten
Bij totale reconstructie, dient men te allen tijde onderzoek te doen naar het draagvermogen van de ondergrond, situatie en realistische grondmaten en de verkeersintensiteit. Hieruit kan men dan de soort en de toe te passen dikte van de fundering en asfaltlagen bepalen.
Programma van eisen
In onderstaande punten is het programma van eisen weergegeven voor de verhardingsopbouw van turborotondes.
Algemeen:
In het algemeen is categorie vrachtautointensiteit B van toepassing. De categorie vrachtautointensiteit moet worden bepaald op basis van de verkeersintensiteiten (Standaard RAW bepalingen 2010 tabel 31.19).
Levensduur en constructieopbouw bepalen aan de hand van een asfaltonderzoek (constructieboringen, gedetailleerde visuele inspectie en valgewichtdeflectiemetingen). Uitvoering en verwerking van valgewichtdeflectiemetingen en gedetailleerde visuele inspecties moeten voldoen aan de eisen zoals gesteld in bijlage D.
Ontwerplevensduur verhardingsconstructie 20 jaar. Minimale asfaltconstructiedikte 150 mm.
Afwijkingen ten opzichte van standaard verhardingsopbouw motiveren. Drooglegging ten minste 1,00 m.
In tabel 8.2 is de standaard verhardingsopbouw voor een turborotonde weergegeven.

 
Tabel 8.2
Standaardverhardingsopbouw turborotonde
 
 
Laag
Type
Dikte
Deklaag
SMA-NL 8B
25 mm
 
 
Afstrooien met steenslag 1/3 (2,0 kg/m2) of 2/6
 
 
 
 
(2,0 kg/m2) conform CROW 199
 
 
 
 
 
 
 
 
Tussenlaag
AC 16 bind TL-B
40 - 50 mm
 
 
AC 22 bind TL-B
60 mm
 
 
 
 
 
 
Onderlagen
AC 22 base OL-B
60 - 90 mm (per laag)
Fundering
Hydraulisch menggranulaat (of gelijkwaardig)
250 - 400 mm
 
 
 
 
 
 
Zandbed
 
 
minimaal 500 mm
Bouwstoffen:
Voor te gebruiken toeslagmateriaal gelden de hardheidseisen conform NEN-EN 13043-2003.
Ter plaatse van de rotonde en op toeleidende wegen naar de rotonde moet in de deklaag en de bovenste tussenlaag polymeer gemodificeerd asfalt toegepast worden.
Asfaltgranulaat in PMA-mengsels en deklagen is niet toegestaan.
Op rotondes is het gebruik van geluidsreducerend asfalt niet toegestaan.
Afwatering:
Overal zorgdragen voor goede afwatering.
Afwatering langs banden met kopse klinkers (BSS, grijs) waar het afschot in verwerkt is.
Afwerking bermen:
De bovenlaag van de bermen moet afgewerkt worden zodat deze aansluit op de onderkant deklaag.
De grond moet voldoen aan de Bodemkwaliteitskaart van de betreffende gemeente.
Gestreefd wordt naar toepassing van secundaire bouwstoffen.