De Nederlandse samenleving verandert van een hiërarchische, verzuilde maatschappij in een meer open netwerksamenleving. We gaan ervan uit dat in deze nieuwe samenleving de missie van de Nationale Politie ongewijzigd blijft: waakzaam en dienstbaar aan de waarden van de rechtsstaat. Aannemelijk is dat ook in de netwerksamenleving van de politie wordt gevraagd om te beschermen, te bekrachtigen of te begrenzen. De manier waarop de politie dit doet, kan wel veranderen.
Wat verwachten anderen van de politie? Burgers en bedrijven verwachten service en gemak als zij een aangifte willen doen of een voorval willen melden. Vervolgens stellen zij het op prijs te worden geïnformeerd over de wijze van afhandeling. Ze zijn bereid om mee te denken over het vergroten van de veiligheid in hun eigen wijk of om de politie te helpen in opsporingszaken. Ook de vele partners met wie de politie samenwerkt, verwachten een gelijkwaardige rol. Zij zien bijvoorbeeld graag dat de politie niet alleen informatie bij hen opvraagt, maar ook zelf informatie deelt. Met de visie en strategische thema’s, zoals opgenomen in het Inrichtingsplan, speelt de Nationale Politie op deze verwachtingen in.
Gebiedsgebonden politiewerk
In 2020 – 2024 staat de Nationale Politie stevig op haar benen staat en hebben de plannen ruimschoots hun vruchten afgeworpen. De Nationale Politie heeft zich dan ontwikkeld tot een meer naar buitengerichte organisatie met slagkracht. Een organisatie die betere politieprestaties neerzet en zich dienstverlenend naar de burger opstelt. Zij hebben vertrouwen in de politie.
Gebiedsgebonden politiezorg is het uitgangspunt voor het werk op lokaal niveau. Dit strekt zich uit over alle politieprocessen. Kern is dat de politie lokaal is ingebed en vanuit die positie samen met burgers en partners werkt aan duurzame oplossingen van de veiligheidsvraagstukken die zich in de wijk voordoen. De politiemedewerkers staan dicht bij de burgers. Kennen en gekend worden, is het adagium. Bij gebiedsgebonden politiezorg is veiligheid het resultaat van lokale, integrale benadering, in samenhang met regionale en nationale bundeling van krachten (De tweede oogst).
De Nationale Politie kiest voor de doorontwikkeling van probleemgerichte, gebiedsgebonden politiezorg. Daarin wordt ook rekening gehouden met het verschijnsel dat gemeenschappen vaak niet gebiedsgebonden zijn, maar zich vormen rond scholen, sportclubs, uitgaansgelegenheden, en op internet rond discussiesites en games (paper Winsemius). Winsemius wijst in dit verband op succesvolle experimenten met ‘schoolagenten’ en ‘woonwagenagenten’. Deze functionele benadering zal ook volgens Bruggeman meer nodig zijn (interview).
Intern betekent gebiedsgebonden politiewerk dat de schotten tussen de verschillende werkprocessen verdwijnen. Het werkproces is niet meer leidend voor de organisatie van het werk en de taken van de politiemedewerker. Hij is breed opgeleid. Binnen zijn bevoegdheden doet hij wat in een bepaalde context nodig is. De indeling in hoofdprocessen wordt alleen nog gebruikt om de kwaliteit van het proces te verbeteren. ‘Je werkt bij de politie en niet bij de opsporing, ook al ligt op dat terrein je expertise’ (interview Van Griensven).
Dit alles overziend schetsten we tijdens een van de expertmeetings voor 2020 het volgende beeld van de politie als burgergerichte organisatie.
graphic
En de politiemedewerkers? Zij zijn degenen die deze ambitie moeten waarmaken. Welke kwaliteiten hebben ze hiervoor nodig? Aan de hand van de werkprocessen in de operaties: intake, noodhulp, handhaving, opsporing en intelligence werken we deze vraag in de volgende hoofdstukken uit. Per proces geven we een korte algemene beschrijving van de ontwikkelingen in het proces en van de ruggengraatfunctie in dat proces, waarbij we handhaving en noodhulp samen nemen. Ter illustratie hebben wij hiervoor vijf persona’s ontwikkeld, waarbij we ons realiseren dat met name de persona in de handhaving in de praktijk in elk proces werkzaam is.
Een persona is een ideaaltypische beschrijving van de kernfunctie in het betreffende werkproces. Een geabstraheerde figuur als handvat voor de ontwikkeling van de strategische personeelsprognose. In de praktijk zullen de beschreven taken over meerdere personen verdeeld zijn.